10-10-2022 – Er komt nog geen verbod op ongerichte gokreclames. De verwachting was dat het verbod in zou gaan op 1 januari 2023, maar naar alle waarschijnlijkheid zal het nu gaan om een later moment. De bedoeling was dat er een verbod op ongerichte reclames voor online gokken zou komen. Dat betekent dat er niet ‘in het algemeen’ reclame mag worden gemaakt voor alle doelgroepen. Jongvolwassenen zijn extra gevoelig voor ongerichte gokreclames en moeten beter beschermd worden. Dat vinden de Tweede Kamer en de verantwoordelijk minister voor Rechtsbescherming, minister Weerwind.
Procedures vertragen verbod
In een debat over kansspelen in de Tweede Kamer heeft minister Weerwind van Rechtsbescherming gezegd dat het voorgenomen verbod waarschijnlijk toch niet per 1 januari 2023 in zal gaan. De Kamer wilde weten van de minister of het mogelijk is om het verbod zelfs naar voren te halen, zodat voorkomen kan worden dat online gokbedrijven fors uit kunnen pakken met reclames tijdens het Wereld Kampioenschap 2022. De minister liet weten dat die optie in ieder geval uitgesloten zal zijn.
Daarbij tekende de minister aan dat het zelfs waarschijnlijk niet mogelijk is om per 1 januari 2023 het verbod in te gaan voeren. Volgens de minister heeft de politicus te maken met verschillende procedures die het proces om een verbod op ongerichte reclame in te voeren vertragen. Waarschijnlijk zullen de online gokbedrijven zich pas aan het eind van maart 2023 aan de gewijzigde wet moeten houden. De Raad van State moet namelijk nog advies geven over de wetswijziging en daarna moet er nog door zowel de Tweede Kamer als de Eerste Kamer over gestemd worden. Dat leidde tot flinke teleurstellingen onder de politieke partijen, die zeggen zich zorgen te maken over de Wet Kansspelen op Afstand zoals deze nu is.
Tegenstanders van gokreclames
Kamerlid Van Nispen (SP) reageerde teleurgesteld op de mededeling van de minister dat het verbod op ongerichte reclame niet per 1 januari in kan laten gaan. De SP vindt dat iedere datum later dan 1 januari onacceptabel is. Onlangs maakte de Kansspelautoriteit bekend dat er voor een half miljard euro aan inzet vergokt is. Daarbij verliezen online gokkers gemiddeld 153 euro per maand.
De Kansspelautoriteit zelf maakt zich minder druk over die cijfers. De autoriteit stelt dat veel van de spelers die zo’n verlies maken, het verlies wel kunnen hebben. De meeste online spelers zouden namelijk alleen inzetten wat ze kunnen missen. De Tweede Kamer steunde het verzoek van Van Nispen om meer vaart achter de wetswijziging te zetten.
WK in vooruitzicht
De spoed die de Tweede Kamer wil, heeft vooral te maken met het feit dat het Wereld Kampioenschap voetbal 2022 eraan zit te komen. De markt voor online gokken werd op 1 oktober gelegaliseerd. Online gokbedrijven die een vergunning hebben van de Ksa mogen kansspelen op afstand aanbieden. Dat gaat onder meer om online casino spellen, maar ook om de sportsbooks. Steeds meer aanbieders bieden de mogelijkheid aan om te wedden op voetbalwedstrijden. De Kamer denkt dat er een ‘reclamefeestje’ rondom het WK komt en dat er meer jongeren tussen de 18 en 23 jaar gokverslaafd zullen worden. Met name ChristenUnie-Kamerlid Bikker maakt zich ernstige zorgen over de manier waar op de wet nu ingevuld wordt. De ChristenUnie denkt dat de gokbedrijven flink zullen uitpakken met het reclamemaken voor hun sportsbooks.
Ook de minister is er niet helemaal van overtuigd dat de gokbedrijven hun zorgplicht na zullen leven. De minister roept de organisaties dan ook ‘moreel op’ om niet te veel te reclame te maken. Zowel de media als de bedrijven moeten “zeer verantwoordelijk omgaan met de ruimte die ze nu hebben”, zo stelde de minister.